Projectportfolio overige projecten
Projectportfolio overige projecten
Programma Luchtruimherziening
LVNL werkt, onder regie van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, aan een slimme en betere indeling van het Nederlandse luchtruim. Dit doen we samen met de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat en Defensie, het Commando Luchtstrijdkrachten, Maastricht Upper Area Control Centre (MUAC). Door het oefengebied van de Koninklijke Luchtmacht in het noordelijke deel van het Nederlandse luchtruim uit te breiden kan de Luchtmacht beter trainen met de F35-gevechtsvliegtuigen. Gelijktijdig komt het huidige oefengebied in het zuiden vrij voor civiel gebruik.
Het uitgangspunt van de nieuwe indeling van het luchtruim is om, waar mogelijk, vliegtuigen zo kort en dus zo ‘rechtstreeks’ mogelijk te laten vliegen. Daarmee geeft het programma invulling aan het beleid van de Europese Unie en de uitstoot wordt verlaagd. Daarnaast biedt de nieuwe indeling kansen om geluid van vliegtuigen rond luchthavens te verminderen.
In 2024 heeft LVNL samen met de projectpartners gewerkt aan de verdere uitwerking van het ontwerp op hoofdlijnen en het opstellen van het Schetsontwerp. Dit document geeft een beschrijving van de nieuwe indeling van het Nederlandse luchtruim. Het Schetsontwerp is in februari 2025 aan de Tweede Kamer aangeboden. Belangrijk onderdeel bij het uitwerken van een nieuw ontwerp is het toetsen van de concepten op papier in een gesimuleerde werkelijkheid. Dat gebeurt in zogenaamde Real Time Simulaties (RTS). In 2024 werden meerdere van dit soort simulaties bij het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) in Amsterdam uitgevoerd. In 2025 staat eveneens een grootschalige RTS gepland waar ook LVNL een belangrijke rol in speelt. De resultaten hiervan geven belangrijke informatie om vanuit het Schetsontwerp te komen tot een meer gedetailleerd voorlopig ontwerp. Dit voorlopig ontwerp vormt de basis voor de politieke besluitvorming tot implementatie.
Interoperability Through European Collaboration SkyNex (iTEC)
Om het luchtverkeersleidingssysteem te vervangen, werkt LVNL aan de implementatie van iCAS, een iTEC-based Center Automation System. iCAS is gebaseerd op het basissysteem ‘interoperability Through European Collaboration’ (iTEC). Zeven Europese luchtverkeersleidingsorganisaties en de Spaanse leverancier Indra ontwikkelen het iTEC-basissysteem. Naast LVNL zijn dit de luchtverkeersleidingsorganisaties uit Duitsland, Groot-Brittannië, Spanje, Noorwegen, Polen, Litouwen en Canada.
In 2024 is het consortium gestart met de ontwikkeling van een volgende versie van het iTEC-basissysteem, genaamd ‘iTEC SkyNex’. Een belangrijke verbetering in deze versie is de ontwikkeling van een nieuwe communicatielaag tussen de verschillende systeemcomponenten, gebaseerd op Europese standaarden. Het systeem wordt daarmee meer service-georiënteerd. Daardoor kunnen andere organisaties taken overnemen en nieuwe dienstverleners, zoals voor droneverkeer, eenvoudiger aansluiten. Daarnaast is dit systeem voorbereid om beter te functioneren in een virtuele omgeving, wat het gebruik van moderne datacentertechnologie mogelijk maakt.
Het iTEC SkyNex-product wordt de komende jaren iteratief opgeleverd. Omdat LVNL nog bezig is met de transitie naar iCAS, is de huidige planning dat LVNL pas vanaf de derde iteratie gebruik gaat maken van iTEC SkyNex. Toch wordt verwacht dat bepaalde functionele verbeteringen die nu voor iTEC SkyNex worden ontwikkeld, al eerder kunnen worden toegepast op iCAS. Zo kan LVNL voldoen aan de functionele behoeften van de verkeersleiding en aan Europese regelgeving.
Sustainable Ground Movement Schiphol
In januari 2024 stelde de Nederlandse Arbeidsinspectie de definitieve eisen vast voor verbetering van de luchtkwaliteit voor medewerkers op de platforms van Schiphol. Schiphol is verantwoordelijk om aan deze eisen invulling te geven. LVNL leverde in het verslagjaar een grote bijdrage om oplossingen te helpen identificeren, analyseren en uitwerken. Dit heeft geleid tot een sectorbreed plan van aanpak dat Schiphol eind december 2024 indiende bij de Nederlandse Arbeidsinspectie. Hierin staat beschreven hoe de benodigde aanpassingen aan nieuwe aankomst- en vertrekprocedures in de periode 2025-2030 vormgegeven gaan worden om aan de eisen van de Arbeidsinspectie te voldoen en wat daarvoor nodig is.
Onderhouds-/vervangingsprojecten techniek
S&I en GSI vervingen in 2024 diverse systemen, bijvoorbeeld vanwege het bereiken van het einde van de technische levensduur of het beëindigen van support door een leverancier. Zo werd in de zomerperiode het Instrument Landing Systeem (ILS) van baan 18C vervangen. Dit systeem zorgt ervoor dat vliegtuigen een stabiele eindnadering kunnen vliegen onder alle zichtomstandigheden. In oktober werd het nieuwe netwerk Mustang 2.0 in gebruik genomen. Mustang 2.0 verbindt alle LVNL-locaties in Nederland met elkaar. Met het nieuwe netwerk is LVNL klaar voor de toekomst, onder andere doordat er meer bandbreedte beschikbaar komt voor data-uitwisseling. Op de luchthaven Schiphol werd in november een Surface Movement Radar (SMR) vervangen. Deze radar zorgt ervoor dat taxiënde vliegtuigen en voertuigen zichtbaar zijn voor de torenverkeersleider. Ten slotte werd in 2024 het nieuwe voice communication system VCS-2 in gebruik genomen. Voor LVNL vervult VCS-2 de functie van back-up voor het primaire voice communication system. Voor de verkeersleiders van Commando Luchtstrijdkrachten (CLSK) is VCS-2 de vervanging van het verouderde militaire VCS.
Departure Manager
LVNL werkt aan de ontwikkeling en integratie van de ‘Departure Manager’, kortweg DMAN. Dit is een tool die LVNL in staat stelt langer van tevoren een meer betrouwbare vertrekplanning voor vluchten vanaf Schiphol te maken. De verbeteringen die DMAN gaat brengen, resulteren naar verwachting in minder vertraging, de werklast van de outbound planners van LVNL gaat omlaag en minder geluidspreferente banen worden minder gebruikt. De datum van de operationele ingebruikname is nog niet bepaald. Het is de verwachting dat in de loop van 2025 hier meer duidelijkheid over komt.
Common Information Service Provider (CIS)
LVNL bereidt zich voor op de toewijzing van de rol van Common Information Service Provider voor Nederland. In de kern verspreidt deze dienst statische en dynamische informatie voor het beheer van het verkeer van drones in het hele Nederlandse luchtruim. LVNL ziet deze rol als de basis voor de ontwikkeling van onbemande luchtvaart en de veilige integratie met bemand luchtverkeer in Nederland. In de zomer van 2024 is LVNL aangewezen als de voorkeurskandidaat voor deze rol. Samen met het ministerie van IenW werkt LVNL aan een uitvoeringsplan welke in 2025 kan leiden tot de formele toewijzing.
Knowledge and Development Centre (KDC)
Stichting KDC is een samenwerkingsverband tussen het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, LVNL en de luchtvaartsectorpartners KLM en Royal Schiphol Group. De stichting ontwikkelt en integreert kennis met als doel de luchtvaart in Nederland en de Mainport Schiphol te ontwikkelen en innoveren. Het KDC heeft een meerjarenprogramma dat wordt uitgevoerd in samenwerking met kennisinstituten en consultancybureaus.
In 2024 werkte het KDC aan vijf projecten vanuit het meerjarenprogramma. Daarvan liepen twee projecten door vanuit 2023. Drie van de vijf projecten zijn in 2024 afgerond. De laatste twee projecten worden in 2025 afgerond.
De belangrijkste onderwerpen van 2024 waren:
Future Ground Movement Concepts Part B: deze studie ontwikkelt en toetst concepten voor duurzame grondoperaties. Duurzaam taxiën wordt bevorderd om emissies te verminderen binnen een veilig operationeel kader en met behoud van capaciteit. Deze studie is in 2024 afgerond.
Established on RNP-AR procedures: deze studie onderzoekt de implementatiemogelijkheden van Required Navigation Performance-Approval Required (RNP-AR) procedures op Schiphol en is vooral gericht op transitieaspecten. Deze studie is in 2024 afgerond.
Air-Ground Datalink Operational Validations: deze studie onderzoekt de implementatiemogelijkheden van datalink-toepassingen in het Nederlandse luchtruim. Het is een voortzetting van een eerdere studie.
Maintenance Works Impact Model: deze studie richt zich op de ondersteuning van planningsprocessen voor infrastructureel onderhoud. Het is gebaseerd op een breed scala aan prestatie-indicatoren. Het gaat hier om de infrastructuur van Schiphol Airport maar ook die van LVNL. Deze studie is in 2024 gestart en wordt in 2025 afgerond.
Flexible Use of Airspace (FUA): deze studie heeft als doel om het beschikbare luchtruim zo efficiënt mogelijk te gebruiken en tegelijkertijd de belangen van alle gebruikers in balans te houden. Dit is vooral belangrijk in Nederland, waar het luchtruim beperkt is en veel verschillende gebruikers heeft. Deze studie is in 2024 gestart en wordt in 2025 afgerond.
Vernieuwing KDC-onderzoeksagenda: de nieuwe KDC-onderzoeksagenda richt zich op veiligheid, duurzaamheid, operationele efficiëntie, capaciteitsbeheer en meteorologische innovatie.

KDC Centre of Excellence
Het KDC heeft een samenwerkingsverband met de Hogeschool van Amsterdam en de Technische Universiteit (TU) Delft: het KDC Centre of Excellence. In 2024 zijn binnen dit Centre zeven studenten van de Hogeschool van Amsterdam afgestudeerd in de bachelor track en een in de master track. Daarnaast zijn zeven masterstudenten van de TU Delft afgestudeerd.
Naast de bachelor- en masterstudenten is het Centre of Excellence uitgebreid met twee PhD-opdrachten. Deze opdrachten hebben een looptijd van vier jaar:
In 2023 is gestart met de NOMOS-studie die in het teken staat van verbeterde geluidsberekeningen op basis van metingen uit het Noise Monitoring System (NOMOS)-netwerk.
In 2025 gaat een tweede PhD-opdracht van start met als onderwerp: Het vergroten van de voorspelbaarheid van 4D-vliegpaden (Traject Based Operations - TBO). Deze studie gaat over het verbeteren van de voorspelbaarheid van vliegtuigroutes in vier dimensies (3D plus tijd) om het luchtverkeer efficiënter en duurzamer te maken.
Uitgebreidere informatie over het Centre of Excellence, KDC-projecten en resultaten is te vinden op de website www.kdc-mainport.nl.
InnovationLabs (iLabs)
In 2021 is een nieuwe ontwikkelfaciliteit bij LVNL gerealiseerd, voortkomend uit de samenwerking tussen het KDC en de TU Delft: iLabs. In 2024 werkten bij iLabs in totaal twaalf stagiairs van de TU Delft aan de bouw van de faciliteiten van iLabs.
Studenten van het KDC Centre of Excellence gebruiken de faciliteiten met name om innovaties te ontwikkelen, te testen en te demonstreren. Daarnaast heeft iLabs meerdere afdelingen van LVNL als gebruiker, bijvoorbeeld ter ondersteuning van de evaluatie van route-ontwerpen of het versnellen van systeemontwikkeling. Met de aanstelling van een iLabs-coördinator in 2023 is het management en beheer van iLabs binnen LVNL voor de langere termijn gegarandeerd. Ook zijn daarmee verdere stappen gezet in het versnellen van innovatie in de organisatie.
Digital remote tower technologie
LVNL is actief bezig met de ontwikkeling en uitrol van het ‘remote tower’ concept: het leveren van torenverkeersleiding op een centrale locatie met behulp van digital remote tower technologie. Dit zijn camerabeelden met zicht op het luchthaventerrein en het nabije luchtruim.
Voor Schiphol betreft het remote tower concept de afhandeling van verkeer op de Polderbaan op basis van camerabeelden. Deze beelden worden beschikbaar gesteld op werkposities in de centrale verkeerstoren op Schiphol-Centrum. De remote tower toepassing biedt meer operationele flexibiliteit en meer roosterefficiëntie dan de huidige operatie op Toren-West. In 2024 is het operationele concept ontwikkeld, dat daarna is beoordeeld middels een ‘proof-of-concept’ in de centrale verkeerstoren. Op basis hiervan is eind 2024 besloten deze ontwikkeling door te zetten in een implementatieproject dat in 2026 wordt opgeleverd.
Voor de regionale velden Beek en Eelde gaat het remote tower-concept bestaan uit het leveren van torenverkeersleiding vanaf een centrale locatie op Schiphol Oost. Dit programma, genaamd ‘Centralised Base’, is in 2022 getemporiseerd door tekorten van interne resources en vertragingen in de vergunningverlening voor cameralocaties. In 2024 bleef het programma getemporiseerd, maar is een aantal activiteiten afgerond. Zo zijn onder meer de remote tower simulator en testomgeving op Schiphol Oost afgerond. De introductie van remote tower op de regionale velden laat nog enkele jaren op zich wachten. Dit komt onder meer doordat LVNL de ontwikkeling en implementatie van iCAS prioriteit geeft. De implementatiedatum van het programma is vastgesteld op 31 december 2030.